De sleutel tot
Gedragsverandering
Even je gedrag veranderen. Hartstikke mooi, maar laat dat “even” er maar gerust af. Gedragsverandering kost tijd en vergt dat je je door je weerstanden heen werkt. Maar…. hoe werkt dat nou eigenlijk in je brein? En: wat kan je doen om te voorkomen dat je in je oude gedrag vervalt? Check de video of lees door en krijg inzicht in hoe je slimmer, sneller en makkelijker tot nieuw gedrag kunt komen.
HET BREIN
Je brein bestaat uit drie gedeelten:
- de hersenstam, ook wel: het “reptielenbrein”;
- het limbische systeem, ook wel: het “zoogdierenbrein”;
- de neocortex, ook wel: het “menselijk brein”.
In de hersenstam vinden je automatische en instinctieve processen plaats. Denk daarbij aan je ademhaling, je bloedsomloop en reflexen zoals je vecht, vlucht of verstijf-reacties. Ook is het gevoelig voor conditionering. Het limbische systeem regelt sociale interacties, korte termijn denken, analoge communicatie, emoties, en motivatie. De neocortex is verantwoordelijk voor spreken, het denken op de lange termijn, digitale communicatie, denkvermogen, creativiteit, ratio en de eigen wil.
Het is nagenoeg onmogelijk om aanpassingen op het vlak van het reptielenbrein voor elkaar te krijgen. Conditionering is het beste voorbeeld van hoe je daarbij te werk kunt gaan: automatische reacties ingegeven door bepaalde impulsen, vaak in combinatie met het beschermings- of overlevingsmechanisme. Denk maar aan het leren zwemmen. Als je het eenmaal geleerd hebt, doe je het automatisch als je in het water valt. Je moet je er actief toe zetten om niet vanzelf te zwemmen. Een ander voorbeeld zijn door de jaren langdurig ingetrainde reactiepatronen in de vechtsport.
Bij gedragsverandering krijgen we te maken met de interactie tussen het menselijk- en het zoogdierenbrein. Die eerste heeft het vermogen tot bewuste beslissingen. Dat gedeelte van je brein zorgt ervoor dat je je bijvoorbeeld in november bedenkt dat je gezonder wil gaan leven, of dat je je realiseert dat je manier van leidinggeven niet langer voldoet aan de veranderende omstandigheden en je die wil verbeteren. Enthousiast begin je dan aan je nieuwe initiatief, lees je een boek of volg je een cursus of training. Maar een paar maanden later is het vaak weer business as usual. Sterker nog: onderzoek van Scranton University (USA) toont aan dat maar 8% van de goede voornemens realiteit wordt. Ook is het zo dat als je geleerde kennis (bijvoorbeeld in een training) niet integreert in je dagelijkse werkzaamheden/gedrag, je die binnen een week of zes weer verloren bent.
DE SLUIMERKNOP VAN JE LEVEN
Het principe is te vergelijken met de sluimerknop op je wekker. Laat ik het uitleggen aan de hand van een voorbeeld. Stel, je besluit om een half uur per dag te gaan sporten. Daarvoor neem je je voor om een uur eerder uit bed te gaan, zodat je nog op je gemak kunt douchen en omkleden. Dus zet je je wekker een uur vroeger en ga je slapen. De volgende dag gaat de wekker. Bam! De eerste keer knal je al op die snooze button. Dan besef je je dat je best wel moe bent. “Why the fuck ging die wekker zo vroeg? Oh ja, ik ging er eerder uit om te sporten. Pfff, ik wacht wel ff tot hij weer gaat, dan ga ik eruit.” De vraag is of je dat ook gaat doen, want je limbische systeem gaat op dit moment alles uit de kast trekken om je lekker in je bedje, in je comfortzone, te houden. En hoe langer het duurt, des te overtuigender de argumenten: “Je bent gisteren ook later naar bed gegaan, het is verstandiger om nog even te blijven liggen, je kunt morgen ook beginnen.”, of: “Hoe slim is het om dit vandaag te doen, je hebt dadelijk nog een belangrijke vergadering.”.
Ja, dat limbisch systeem is erg gevoelig voor beloning en bestraffing, en buiten je comfortzone gaan voelt in ieder geval niet als beloning! Die weerstand die je ervaart is dus de interactie tussen je wens tot verandering, ingegeven door je neocortex en die MF van een zoogdierenbrein!
GET IN CONTROL!
Hoe krijg je dan de teugels in handen? De sleutel is je bewustzijn. Check het onderstaande schema voor de vier fases van gedragsverandering, volgens Abraham H. Maslow, met toevoeging van ontwikkelmomenten zoals ik ze zie.
In fase 1 ben je je er nog helemaal niet bewust van dat er iets niet gaat zoals het moet. Je ervaart misschien wel frustratie, maar hebt nog geen context. Een voorbeeld: je hebt nog nooit auto gereden en denkt dat het een piece of cake is.
In fase 2 word je geconfronteerd met je onkunde: toch balen dat dat omhoog laten komen van die koppeling en tegelijkertijd gasgeven een stuk lastiger is dan je dacht; dat het niet lukt.
In fase 3 heb je geleerd hoe het moet, maar je moet er nog wel je aandacht bij houden. Vergelijk dat maar met de periode dat je bijna mag afrijden tot de eerste paar maanden nadat je je rijbewijs gehaald hebt.
In fase 4 gaat alles op de automatische piloot; je denkt helemaal niet meer na over koppelen, schakelen en gasgeven, het gaat allemaal vanzelf.
EVOLVE
Als je de fasen in hun onderlinge samenhang bekijkt, zie je drie ontwikkelmomenten:
A. opmerken, de overgang van fase 1 naar 2;
B. ontwikkelen , de overgang van fase 2 naar 3;
C. integreren, de overgaan van fase 3 naar 4.
Wat ik vaak merk in de coachgesprekken die ik met klanten voer, is dat op het moment dat iemand ziet wat hij/zij niet ‘goed’ doet, op ontwikkelmoment A, er een schuldgevoel ontstaat. “Dat ik dat niet eerder gezien heb!” Maar hoe reëel is dat? Hoe kun je jezelf ergens de schuld van geven als je je niet eens bewust was dat je iets ‘fout’ deed? Precies: niet! Dit is echt niet het moment om jezelf op je kop te geven.
Als je dat al wil doen, doe het dan bij ontwikkelmoment B. Dat is namelijk de fase waar je de grootste weerstand zal ondervinden in de interactie tussen de wil van de neocortex en het comfort behoeftige limbische systeem. En schuld? Waarvoor? Dat het niet in één keer lukt? Wat mij betreft kan je jezelf alleen maar wat aanrekenen als je opgeeft. Tot dat moment is het net als leren fietsen of leren lopen: met vallen en opstaan. Het is tijdens het bekwamen niet de vraag òf je een keer op je bek gaat, maar wanneer! Keer op keer toepassen van je nieuwe gedrag en dat proefondervindelijk bijstellen, is waar het in deze fase om draait. Bij coaching is dit ook het moment dat we samen de door jou voorgestelde acties fijnslijpen om te voorkomen dat je op die snoozebutton drukt.
Tenslotte ben je voldoende bekwaam in je nieuwe gedrag, maar moet je wel je koppie erbij houden. In ontwikkelmoment C is het zaak om dat verder te integreren in je dagelijkse routine om het in te laten slijten, zodat je er niet meer over na hoeft te denken om het te doen. Uit eigen ervaring: ik vond het makkelijker om 35 kilo af te vallen dan om het eraf te houden. Het heeft me jaren gekost om een balans te vinden die voor mij werkte. Zo is het ook voor jou: je moet een manier vinden die bij jou past, wat iemand anders doet of gedaan heeft hoeft niet voor jouw te werken. There’s only one way: your way!
FIJN ZO’N INZICHT, MAAR DAN?
Om die ontwikkeling door te maken, heb je motivatie nodig. Die ontleen je het beste aan een bepaalde urgentie en een emotionele impuls. Prof. John P. Kotter (USA) stelt ook dat bij verandering een emotionele verbondenheid een betere maatstaf is voor een succesvolle verandering dan de ratio. Als je even terugkijkt naar het kopje “HET BREIN”, helemaal in het begin, dan snap je de logica daarachter. De ratio bevindt zich in de neocortex, het betrekkelijk jonge ‘menselijk brein’, terwijl de emoties geregeld worden door het veel oudere limbische systeem. In dat ‘zoogdierenbrein’ zit ook je comfortzone, zoals ik al had uitgelegd. En dat is precies waar we doorheen moeten. Dus als je dat gedeelte van je hersenen een impuls kan geven waar hij wèl mee uit de voeten kan, dan ben je spekkoper!
Een ander, super belangrijk, instrument, is je vermogen om bewust te reflecteren. In ontwikkelfase A pel je met name de gebeurtenissen, je gedrag, gedachten en gevoelens af tot het moment dat je ‘het licht’ en daarmee je ontwikkelpunt ziet. In ontwikkelfase B gebruik je je reflectieve vermogen om achteraf vast te stellen of je wel of niet bekwaam hebt gehandeld. Dan kan je vaststellen waar je gedragspatroon tot succes leidt en dat herhalen, of constateren waar het mis ging en bijsturen. Daarom is er in die fase nooit een gemiste kans: als je hebt ‘gefaalt’, brengt reflectie je bewustzijn en als je bent ‘geslaagd’, ben je je aan het bekwamen. Win-win dus!
Lees meer over reflecteren in mijn blog: Bespiegeling! De kunst van het reflecteren
Vragen? Neem contact op!LEESVOER
Meer over dit onderwerp kan je vinden in de volgende boeken:
The Triune Brain in Evolution
Paul MacLean, Springer Science + Business Media, ISBN 9780306431685
Wij zijn ons brein
Dick F. Swaab, Atlas Contact, ISBN 97809046705063
A Theory of Human Motivation
Abraham H. Maslow, BN Publishing, ISBN 978168113170
The Heart of Change
John P. Kotter & Dan S. Cohen, Harvard Business Review Press, ISBN 9781422187333